Historische foto’s van de fiets in Zuid-Limburg
2014 is uitgeroepen tot het Jaar van Mobiliteit en Mobiel Erfgoed. Naar aanleiding daarvan hebben we er voor gekozen om op zoek te gaan naar fotomateriaal waar de fiets het bewijs kan zijn dat hij in het alledaagse gebruik een belangrijk vervoermiddel was (en is) welk voor allerlei doeleinden gebruikt werd en wordt. En natuurlijk voor ons als Fietsersbond Maastricht / Heuvelland is het interessant om op zoek te gaan naar foto’s van de fiets in het Limburgse straatbeeld en daarmee “ons” fietsverleden wat meer bloot te leggen.
Voordat de foto’s langskomen een korte (onvolledige) schets
Voor 1900 en tot aan de Eerste Wereldoorlog was de fiets een duur bezit en de aanschaf ervan lag dus vooral in het bereik van rijke mensen. De fiets was dan ook een pronkstuk waar je je status mee kon bevestigen. Hij was nog vooral een middel om de vrije tijd in te vullen. In Maastricht had o.a. de Herensociëteit Momus een vélocipède-club die regelmatig fietstochten organiseerde.
In de periode 1920-1950 was de fiets het populairste vervoermiddel in Nederland. Volgens gegevens passeerden zo vlak voor de Tweede Wereldoorlog op een dag ca. 12000 fietsers de Grote Staat/Sint Servaasbrug (Frank Jansen). Ook na de oorlog bleef de fiets nog een poos populair. Daarna nam het fietsgebruik af en steeg de bromfiets in populariteit. Waar de fiets voor jongeren onder de 16 jaar nog het vervoermiddel bij uitstek bleef, ging de bromfiets met name voor de jeugd ouder dan 16 jaar een uitdrukking van hun (subculturele) identiteit vormen.
Vanaf de jaren 60 werd de auto steeds meer een betaalbaar vervoermiddel voor grote groepen mensen en dat zien we dan ook op de foto’s terug. Het wegennet werd steeds meer ingericht naar de behoeftes van de auto(bezitter). De fiets werd meer en meer een recreatief middel. Dat leidde soms tot drukke wegen met zowel (veel) fietsen alsook veel auto’s (bv. in de binnenstad).
Vanaf de jaren 90, toen de wegen en de steden steeds meer dichtslibden, werd de fiets herontdekt als milieuvriendelijk en ruimtebesparend vervoersmiddel. Toename betekende echter ook steeds meer fietsparkeerproblemen. Vooral het stallen van fietsen bv. in Maastricht op de middenberm van de Stationsstraat en later bij het station kwam niet in aanmerking voor een schoonheidsprijs. De toename van fietsenstallingen zegt overigens wel iets over het fietsgebruik (in de stad).
Op de foto’s zien we daarnaast hoe onze infrastructuur veranderd is. Wegen, pleinen, tunnels, bruggen en fietspaden veranderden het straatbeeld zowel in de stad alsook in het Heuvelland.
Interessant is dat tot aan de 60-er jaren we op foto’s, veel fietsers tegenkomen die poseerden bij bv. kapelletjes, waterputten, dorpsgezichten, kerken/kerkpleinen, etc. En omdat de fiets vroeger een statussymbool was, moest hij mee op de foto. De fotograaf wilde blijkbaar naast het te fotograferen object ook nog mensen (met hun fiets) erbij hebben. Onbewust kreeg daarmee ook de fiets een plaats op de foto en dat geeft ons, als kijker, ook een idee van het tijdsbeeld toen. Na de 60-er jaren wordt het in de fotografie belangrijk om objecten “an sich” vast te leggen. Personen of dingen die de aandacht van het object kunnen afleiden, worden achterwege gelaten. Dus ook de fiets is vanaf dat moment niet meer zo prominent aanwezig op foto’s. Behalve daar waar de fotograaf duidelijk het straatbeeld wil fotograferen.
Klik hieronder voor de powerpointpresentatie:
Met dit korte (foto)onderzoek hebben we in ieder geval proberen aan te tonen dat de fiets een belangrijk onderdeel vormt van ons mobiel erfgoed. En dus meer aandacht binnen dit kader behoeft.
Met dank aan:
– Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL);
– Centre Céramique/Bibliotheek Maastricht;
– Frank Jansen: Van kettingganger tot avanceur. Fietsersbond. 2004;
– www.mestreechtersteerke.nl; www.fotomaastricht.nl; www.inoudeansichten.nl; www.wigosite.nl; www.ppsimons.nl; www.reintjens.zoomshare.nl.
Jo Meijs